Mark lijdt aan een intense vorm van zelfhaat, die zich vertaalt in verwaarlozing, verkilling en destructief gedrag. Zelfs als hij trompet speelt, klinkt het somber. De kille troosteloosheid van zijn leefomgeving helpt ook niet mee. Alles en iedereen is eropuit hem de afgrond in te duwen. Maar dan, aan het sterfbed van zijn opa, ontmoet hij Lisa. Er ontstaat een liefdevolle, maar bizarre band. Een band die steeds meer uit controle raakt...